Theo had beloofd z’n broer te helpen een boom om te doen op een stuk grond dat hij huurt van een buurman. Maandag 8 januari beloofde het goed weer te zijn en zouden ze aan het werk beginnen. ’s Morgens had Theo voor de hele onderneming gebeden en werd hij bepaald bij
“ onvoorziene omstandigheden ”.
Hij bad om bescherming en ging naar z’n broer. Ze hadden een tijdje nodig om de boom van een 10 à 11 m. hoog en een 70-tal cm. diameter neer te vellen. De wind zat, ondanks het goede weer, toch in de bovenste takken. De boom mocht zeker niet achterover vallen want dan kwam hij terecht op de baan. Na een hele tijd kregen ze hem toch veilig neer en konden ze hem in stukken zagen. Toen ze hem opgeruimd hadden, vroeg z’n broer
aan Theo nog een struik met seringen te snoeien. Het waren flink stevige stokken met een vijftal cm. diameter. Ze waren helemaal niet makkelijk te snoeien. Theo ging rond de struik met de kettingzaag om ergens toch doorgang te zoeken. Plots kwam de kettingzaag op volle toeren net bij z’n bovenbeen. Thuisgekomen realiseerde Theo zich dat hij erg beschermd was. De ketting was net geslepen en als één van de pinnetjes in z’n broek zou gegaan zijn, zou de kettingzaag zich in z’n bovenbeen gezet hebben…Telkens Theo eraan terugdenkt, vult z’n hart zich met dankbaarheid voor de bescherming die hij kreeg.