We laten Jos, arts met pensioen, zelf aan het woord:
“Ik was vroeger een fervent wielrenner. Als je aan wielersport wil doen en een beetje wil meekunnen, moet je net zo hard trainen als de beteren … Een keer de vijftig voorbij is het competitie-element er af, maar ik ben blijven door trainen alsof mijn leven en inkomen ervan afhing… Niet juist, uiteraard!
Sedert jaren lijd ik dan ook aan één van de gevreesde gevolgen van dat urenlange trainen tegen zware fysische belasting: voorkamerfibrillatie van het hart.
Voor de niet-ingewijden: het hart bestaat uit voorkamers en kamers. De voorkamers trekken eerst samen en zorgen voor een goede vulling van de kamers, en die trekken iets later samen en zorgen ervoor dat het bloed op voldoende krachtige wijze wordt voortgestuwd. Het hart is dus een perfecte twee-traps-pomp. Het is dus duidelijk dat die voorkamers een belangrijke rol spelen in het hartritme. Zij geven de eerste impuls.
De voorkamers zijn zwakker omdat hun belasting ook veel geringer is maar door het duursporten (wat het wielrennen bij uitstek is) worden de voorkamers abnormaal belast. Daardoor wordt de wand uitgerekt en gaan de voorkamers hun normaal ritme verliezen en fibrilleren (trillen i.p.v. samentrekken). Dat heeft dan weer tot gevolg dat de kamers met een sterk wisselende snelheid op onvoorspelbare wijze gaan samentrekken. Dit voelt erg onaangenaam aan en heeft ernstige gevolgen voor de hartwerking. Het kan ertoe leiden dat er bloedklonters in het hart ontstaan die uiteraard niet zonder risico’s zijn.
Omdat Eddy Merckx een paar jaar geleden via zijn behandelende arts aan de ganse bevolking liet weten dat hij daarvoor behandeld werd, noem ik de aandoening nu de “Eddy Merckx-ziekte”. Ik lijd ook aan die ziekte maar met een efficiënte behandeling (ablatie) een drietal jaar geleden, was ik veel beter.
Ik ben nu de 70 voorbij en haalde dit jaar nog eens de gekke gedachte in mijn hoofd de Stelvio, met 2758 meter de hoogste bergpas van Italië en meestal in die nationale ronde (de Giro) verwerkt in de koninginnenrit, voor de tweede keer te beklimmen. Dat ging dit jaar door op de 24ste juni en bij toeval hadden we een verlof gepland tot de 21ste in Italië, een land waar ik eigenlijk niet direct thuis ben.
Na een intense voorbereiding die probleemloos verliep, begon twee dagen voor mijn vertrek naar Italië totaal onverwacht die voorkamerfibrillatie opnieuw. Ik had er zoals gezegd een kleine drie jaar geen last meer van gehad. Normaal gaan die aanvallen na enkele uren voorbij maar deze keer ging het niet over. Wat ik ook deed, welke medicijnen ik ook nam: geen helpen aan. Na overleg met mijn cardioloog heb ik toch de gekheid gedaan met voorkamerfibrillatie de beklimming te doen. Het was een verschrikkelijke ervaring: ik had geen kracht, geen adem en recupereerde uiterst slecht maar ik ben er geraakt.
Nadien zijn we onmiddellijk naar huis gegaan en ging ik op maandag naar de cardioloog. Ik kreeg een ander medicijn tegen die ritmestoornis. Dit heeft echter duidelijk meer nevenwerkingen. De cardioloog verwachtte niet echt dat mijn probleem daarmee opgelost zou geraken omdat de fibrillatie al zo lang duurde. Hij stelde meteen het laatste redmiddel voor: die fibrillatie onder verdoving behandelen met de shock van een defibrillator, die men ook gebruikt bij hartstilstand. Als die behandeling mislukt, blijft je hart definitief onregelmatig kloppen met alle gevolgen van beperking en medische behandeling tot gevolg, ook voor het voorkomen van klontervorming in de bloedbaan. Een ernstige handicap dus! Die behandeling was voor mij een eerder akelige ervaring die gepland werd voor de dinsdag van de daarop volgende week.
Zodra ik naar de gemeente kon komen, heb ik met Ann overlegd en hebben we gebeden voor volledig herstel. Dat mogen we toch vragen, niet? Men heeft mij verteld dat er nog intens is gebeden door anderen, waarvoor ik oneindig dankbaar ben.
Wat ik niet wist, was dat de Heer reeds op voorhand met mijn genezing bezig was. Ik had reeds een regelmatige hartslag vanaf de vrijdag voor die gemeentesamenkomst op zondag. Dat kan medisch gezien met de andere medicatie die ik kreeg maar lag niet in de lijn van de verwachting…anders zou de cardioloog geen ingreep gepland hebben. We konden het niet vaststellen op EKG maar het was zo en, nog iets wat pas later duidelijk werd, mijn hart had tegen die volgende dinsdag die enkele dagen regelmatig ritme nodig voor de verdere behandeling.
Vorige dinsdag ben ik dus naar het ziekenhuis gereden voor die elektroshock maar die was niet meer nodig omdat het ritme regelmatig was en dat wees op een normale werking van de voorkamers. Er was echter meer: mijn bloeddruk was weer normaal en door de rust van de vorige dagen was het volume van die voorkamers weer praktisch normaal… En dat betekende op zich dan weer dat de speciale behandeling tegen nieuwe aanvallen van ritmestoornissen (ablatie) vermoedelijk nog eens kon herhaald worden maar bij de laatste controle zei de cardioloog dat er geen enkele reden was om dit te doen…volledige genezing dus…want daar hadden we voor gebeden!
Wij, artsen, hebben van het feit dat één keer uitgerokken voorkamers weer kunnen verkleinen, nog nooit gehoord…
Ik denk dat we hier duidelijk van een wonderlijke tussenkomst mogen spreken. God is groot en Hij is oneindig goed… Denk er aan: Psalm 23: De Heer is onze Herder (ik heb hem in het meervoud gezet)! AMEN!”