Dora stuurde ons volgende getuigenissen:

“Begin dit jaar viel mijn vader tweemaal kort achter elkaar bij hem thuis zonder dat hij zich kon herinneren wat er precies gebeurd was. De huisarts dacht aan een kleine tia (transient ischemic attac, een korte onderbreking van de bloedstroom in de hersenen). De bloedanalyse bleek door verhoogde trombosewaarden alarmerend. Hij werd met spoed opgenomen in Gasthuisberg.

Men stelde een longontsteking, vier maagzweren en een slokdarmontsteking van de 4de graad vast. Er werden antibiotica gestart. Mijn papa leek in eerste instantie langzaam te herstellen, maar bleef wel klagen van een onverklaarbare hoofdpijn. We vierden zijn 91ste verjaardag noodgedwongen in het ziekenhuis.

Voor verder herstel werd hij begin februari naar Pellenberg overgebracht. Hij wilde zelf nog graag terug naar zijn huis gaan en was bereid daar hard voor te werken. En ook al leek het aanvankelijk de goede kant op te gaan, kreeg hij plots terug koorts. Er werd een nieuwe longontsteking vastgesteld. Twee nieuwe antibioticakuren werden opgestart en uitgeprobeerd maar sloegen niet aan. De koorts nam toe.
Op een zaterdagmiddag einde februari stond een arts mij op te wachten met de boodschap dat ze mijn vader in isolatie gingen leggen. Op basis van de foto van zijn aangetaste longen hadden ze een vermoeden van tbc en er moest eerst worden uitgesloten dat deze niet besmettelijk was. Dat was wel totaal onverwacht nieuws, we wisten geen van allen goed waarop of waaraan. Een telefoontje naar Ann ’s avonds bracht rust, we moesten ons niet ongerust maken en het vertrouwen bewaren. Na een week werd de diagnose bevestigd, tbc in het bloed, niet besmettelijk maar wel dodelijk indien deze niet behandeld werd. Er was maar één optie: kiezen voor de zware tbc behandeling (vergelijkbaar met chemo) die minstens 6 tot 9 maanden lang moet worden gevolgd en maar weinig perspectief biedt voor iemand op die ouderdom. Ik vertelde het aan Ann, zij gaf een gebedskaart “U Here, bent mijn heelmeester”.
Mijn vader werd opnieuw overgebracht naar Gasthuisberg en de behandeling werd opgestart. De ziekte sloeg nu hard toe en de bijwerkingen van de behandeling bleken bijzonder zwaar. Hij kreeg tot 22 pillen per dag. De situatie van mijn vader ging zienderogen achteruit. Hij kon nog maar enkele stappen zetten en hing 24 uur per dag aan de zuurstof. Hij werd nog maar gedurende één uurtje per dag opgezet in de zetel, raakte meer en meer verward, werd incontinent en eten lukte nog maar mondjesmaat. Er was maar weinig uitzicht op verbetering. Wij bleven hem dagelijks bezoeken, ’s avonds bad ik nog enkel de titel van de gebedskaart met hem, hij antwoordde: “van wie moet ik het anders verwachten?”. Na drie weken brachten de bloedwaarden tekenen van licht herstel.
Voor het ziekenhuis was de situatie van mijn vader hiermee voldoende gestabiliseerd, hij moest daar weg. De zoektocht naar een rusthuis drong zich op, niet eenvoudig de dag van vandaag. Ik besloot het in de gebedsdoos te steken. De maatschappelijk werkster van het ziekenhuis nam contact op met het WZC Ter Vlierbeke. Dit rusthuis had onze voorkeur, het was dicht in de buurt waar hij en wij wonen. Er bleken driehonderd wachtenden op de wachtlijst te staan, rechtstreekse plaatsing daar was niet mogelijk.
We werden doorverwezen naar het WZC in Wilsele. Daar bleek hij bij de “eerste drie” op de wachtlijst te komen (wie de hoogste Katz schaal heeft of de meeste zorgen behoeft komt bovenaan te staan). Er was kans op een spoedige opname, maar de maatschappelijk werkster vroeg een duidelijk engagement van ons. Het moest een definitieve keuze zijn en het was dus niet de bedoeling om daarna nog van rusthuis te veranderen. Wij besloten eerlijk te zijn en vertelden van onze voorkeur voor Ter Vlierbeke in onze buurt maar ook van de lange wachtlijst daar. Zij beloofde ons zelf contact te zullen opnemen met haar collega in Ter Vlierbeke.
Enkele dagen later reeds werden we uitgenodigd voor een gesprek in het WZC Ter Vlierbeke en werd zijn plaatsingsaanvraag goedgekeurd. Anderhalve week later werd hij naar daar overgebracht. Een groot wonder, we waren zeer verheugd hem terug in onze buurt te hebben!
Toch verliep de aanpassing in Ter Vlierbeke voor mijn papa helemaal niet zo vlot. Hij raakte door de verhuizing nog meer verward, de incontinentie werd nog erger, hij viel tot driemaal toe uit bed. Bovendien werd de communicatie met hem steeds moeilijker en moest hij ook overschakelen op gemixt eten. Samen bidden lukte nu helemaal niet meer. Zijn fysieke toestand verbeterde wel langzaamaan.
Ann stelde voor mijn papa een bezoekje te brengen. Hij bleek die dag zeer alert. Zij vertelde hem kort over psalm 92 en de belofte waarnaar ook hij mag uitkijken: “Goede mensen lijken op grote, hoge bomen, die vruchten blijven geven, ook als ze oud zijn. Hun bladeren blijven groen en fris.” Het gaf hem meteen de kracht om op te staan en te gaan wandelen…
Mijn vader herstelde nu vlot verder. Wandelen in het aanliggende park gaat terug vlot met de rollator en hij eet weer goed (de verzorgster wist ons te vertellen dat hij tot 5 sandwiches per avondmaal zonder problemen eet). Bovendien is hij niet langer incontinent! De verwardheid is er nog bij momenten maar ook hier zien we beterschap. Met Pinksteren zaten mijn vader, mijn zus en ik gezellig een spelletje Rummikub te spelen in de cafetaria. Echt een moment van diep geluk. Daarna haalde mijn zus frietjes voor hem op de kermis in de buurt. Ze hebben hem gesmaakt!

Eind mei kregen we op vrijdagavond plots bericht van het rusthuis dat ze hem op de grond gevonden hadden. Hij werd onmiddellijk naar spoed op Gasthuisberg overgebracht. Hij kon zich niets herinneren van wat er gebeurd was. Zijn saturatie in het bloed was veel te laag. Het toedienen van zuurstof bracht meteen beterschap en alle onderzoeken waren verder geruststellend.

Zaterdagmorgen werden we opgebeld dat hij ‘s nachts een klein hartinfarct had gedaan. Ze wilden een catherisatie doen. Het werd een spannend weekend op spoed, maar uiteindelijk hebben ze ervoor gekozen dit toch niet te doen. De risico’s  werden gezien zijn leeftijd en verzwakte toestand door de tbc te hoog ingeschat. Hij werd overgebracht naar hartintensieve.

Maandagavond wilden ze hem naar een andere afdeling verhuizen. Ik heb ervoor gepleit dit niet te doen om de kans op nieuwe verwardheid te voorkomen. Toen ik vroeg wat de reden van de verhuis was, zeiden ze dat ze de kamer dringend nodig hadden en dat hij de beste patiënt op de afdeling was! Dinsdag is hij terug naar het rusthuis overgebracht, hij kan daar verder herstellen. De medicatie voor zijn tbc mocht vanaf dan ook gehalveerd worden. Hij stelt het opnieuw goed. God blijft trouw voor mijn vader zorgen en wij kijken dankbaar uit naar nog vele mooie dagen samen.

Ik heb ook nog een mooi getuigenis over mijn schoonmoeder. Zij had na een val ‘s nachts in het rusthuis een grote open wonde op haar been. Die is zo erg gaan ontsteken dat ze uiteindelijk geopereerd moest worden. De dermatoloog sprak van een grote kans op amputatie en heel de familie ging daar van uit. Ik stak het in de gebedsdoos en bad uit Jesaja 58 vers 8: “Uw wonde zal zich spoedig sluiten”. Ik heb dit gebed lang moeten bidden, van december tot met Pasen maar uiteindelijk zie je er nu niets meer van terug ... God is goed, Hij is waarachtig, in Hem is geen onrecht!!!

 

DMC Firewall is a Joomla Security extension!